Foto: Igor Haritanovich via Pexels
´We hebben iets te vieren en bovendien heb ik een verrassing voor je,’ zegt Edwin aan de telefoon. ‘Kom direct, naar mijn huis. En deze keer hoef je je niet mooi aan te kleden.’
‘Dat klinkt spannend. Ik ben over twintig minuten bij je.’
Sanne fietst naar zijn huis en ziet al snel de lange oprit en de hoge heg. Met een sleutel laat ze zichzelf binnen.
Alles in het huis straalt rijkdom uit: de zwarte hoekbank, de salontafel met glas en gouden omranding, de open haard. Het hoogpolige tapijt. Grote ramen en een uitgestrekte tuin.
Edwin staat bij de open haard op haar te wachten.
‘Sanne, je bent er.’ Hij loopt naar haar toe en plant een kus op haar haren. ‘Jij bent mijn favoriete meisje, dat weet je toch? En de verrassing die ik heb is echt geweldig. We hebben een enorme klapper op de beurs gemaakt en zwemmen nu allebei in het geld. Wat zeg je daarvan?’
Sanne lacht vol ongeloof.
Hij neemt haar in zijn armen. Gelaten laat ze toe dat hij haar omhelst.
Dan zegt hij: ‘Dit gaan we vieren, hier thuis. Ik heb champagne. En doe die witte jurk aan.’
Ze volgt zijn ogen als hij opzij kijkt. Op een kleerhanger aan de kastdeur hangt een witte vintage jurk met fijn kant en pareltjes die er schreeuwend duur uitziet.
Als ze haar hoofd protesterend schudt smeekt hij: ‘Doe het voor mij. Die jurk is van Lidy geweest, maar jij mag hem dragen, lieve Sanne.’ Hij duwt het in haar handen.
Haar vingers trillen als ze zich in de badkamer uitkleedt en de witte jurk voorzichtig over haar hoofd trekt. Hij past haar goed en staat fantastisch. Vlug doet ze parfum en wat rode lippenstift op. Ze moet hem niet langer laten wachten. Wat zal hij zeggen als hij haar in deze jurk ziet? Bibberig ademt ze uit.
Met bonzend hart ziet ze hem staan, starend in de vlammen. Hij draait zijn hoofd om en kijkt haar met grote ogen aan. In drie grote passen is hij bij haar en geeft haar een lichte kus.
‘Wat zie je er mooi uit, net zoals Lidy.’ Zijn stem trilt.
Schuchter kijkt Sanne naar beneden.
‘Laten we eerst de champagne opentrekken.’ Hij schenkt twee glazen in en geeft haar eentje aan. ‘Proost, op onze toekomst,’ zegt hij en kijkt haar diep in haar ogen.
Opnieuw slaat ze verlegen haar blik neer.
Na een slok pakt hij haar glas terug. Voordat ze iets kan zeggen zakt hij neer op een knie. Hij gaat toch niet…, denkt ze. En glinstert daar een traan?
‘Sanne, wil je met me trouwen? Zeg alsjeblieft ja.’ Als ze niets zegt gaat hij verder. ‘Ik wil niet langer een eenzame weduwnaar zijn. Ik wil jou. Je moet met me trouwen, want jij bent gewoon perfect voor mij. En ik wil je niet alleen zien als ik je bel, maar je altijd in mijn buurt hebben.’
‘Eh, ik weet het niet, laat me even nadenken,’ mompelt ze.
Het is lang stil. Ondertussen malen haar gedachten. Wat zal ze antwoorden? Met hem trouwen en verzekerd zijn van een gouden toekomst waarvan ze droomt? Of blijft ze wachten op de grote liefde? Wat wil ze zelf? In verwarring kijkt ze naar hem, hoe hij met gebogen schouders bij de haard is gaan staan. Maar nee, ze is niet zijn eigendom; hij moet haar niet meer commanderen. Nee, met hem trouwen wil ze echt niet.
Dan valt haar oog op een kleine handbijl dat tegen de stapel haardhout staat. Met een snelle beweging grist ze het ding weg. Het weegt bijna niets. Verdwaasd bekijkt ze het alsof ze het niet zelf vasthoudt. Het metalen blad glanst en het houten handvat past precies in haar hand. Hier hakt hij vast het hout altijd mee. Het stond gewoon op haar te wachten.
Met een paar stappen ze is vlakbij hem.
‘Stop!’ schreeuwt ze. ‘Je bezit mij niet. Ja, ik ben callgirl om wat bij te verdienen, maar ik stop ermee.’
‘W-wat?’ hijgt hij. Hij lijkt de bijl te herkennen.
Ze heft het een stukje hoger.
Edwins ogen worden nog groter.
‘Maar Sanne, ik hou van je!’
Ze loopt meer naar hem toe en tilt de bijl hoger op. Ze ademt hoorbaar in.
Edwin duikt met een snelle beweging weg, maar verliest zijn evenwicht. Zijn handen grijpen naar houvast, maar hij valt en raakt met zijn hoofd het haardplateau. Doodstil blijft hij liggen.
Sanne laat de bijl geschrokken vallen.
‘Edwin,’ fluistert ze, maar hij geeft geen antwoord. Geluidloos ademt ze in. Wat heeft ze gedaan? Ze wilde hem stoppen, maar niet vermoorden.
Met trillende handen pakt ze haar mobiel en belt haar beste vriendin.
‘Ilona, kom me helpen. Nu direct.’
‘Ik ben net klaar met mijn dienst in het ziekenhuis en kom er meteen aan.’
‘Maar ik ben niet thuis. Ik ben bij…’
‘Een klant? Nee toch. Daar zou je mee stoppen!’
Het lijkt uren te duren voordat haar vriendin arriveert, ook al werkt ze in de buurt. Sanne voelt zich pas rustiger als ze eindelijk binnenkomt.
Ilona onderzoekt Edwin meteen.
‘Nou, hij is dood en heeft een hoofdwond, maar is daar niet aan overleden. Volgens mij heeft hij een hartaanval gehad.’ Ilona kijkt haar ernstig aan. ‘Wat doen we nu?’
‘We moeten hem wegwerken,’ zegt Sanne, ‘anders komen ze me oppakken.’
‘Nee, dat lijkt me niet. Als zijn hart de oorzaak is moeten we hem gewoon laten liggen. We halen wel jouw vingerafdrukken weg. Je weet nooit of iemand jou gezien heeft.’
Ilona maakt alles schoon en Sanne pakt haar kleren.
Als ze de badkamer uitloopt ziet ze op het bureau in de werkkamer een koffer staan. Nieuwsgierig loopt ze er naar toe. Het slot klikt tot haar verbazing gemakkelijk open. Verbaasd houdt ze haar adem in. De koffer is gevuld met keurige stapels bankbiljetten.
Ilona komt naast haar staan met de champagnefles in haar handen.
‘Dat geld zou ik lekker meenemen, meid. Zo te zien valt er iets te vieren.’
Geweldig Titia, prachtig verhaal en de een fijne dag vandaag ook met spanning goed gedoseerd opgevoerd.
Dank je wel, Marianne. Fijn dat je het spannend vond. Tot de volgende ShortThrill!